5e Boeroe Kon Makandra, 3 juni 2007, Soest
Beste boeroes en andere belangstellenden,
hieronder enige impressies van de 5e BK M op zondag 3 juni 2007 in StayOkay Soest
De Stichting Boeroe Kon Makandra vierde dit jaar met de 5e BKM haar 1e lustrum.
Deze reünie van afstammelingen van de Nederlandse kolonisten in Suriname vond – net als vorige jaren – plaats in het StayOkay Hostel aan de Bosstraat in Soest. Deze voormalige jeugdherberg, centraal gelegen tussen bossen en de Soesterduinen, is ook voor treinreizigers goed bereikbaar en heeft parkeergelegenheid op het terrein. Gelegen aan de rand van het natuurgebied is het dankzij de aanwezigheid van allerlei speelmateriaal ook voor kinderen een perfecte plek. De afstammelingen van de Boeroe’s werden net als vorige jaren om half elf ontvangen met koffie, thee en een grote sortering lekker gebak. Het was goed weer met regelmatig zon en een aangename temperatuur, dus veel mensen gingen buiten op het terras zitten. Net als vorige jaren werden de aanwezigen voorzien van een naamsticker en bekeek men elkaar, op zoek naar iets van herkenning. De sfeer wordt langzamerhand steeds meer die van een grote familie, dus waren er vele hartelijke begroetingen van mensen die elkaar ieder jaar op de BKM treffen, maar ook weer de verraste uitroepen van mensen die elkaar na vele jaren terugvinden. Was er vorig jaar een dame, die iemand tegenkwam die ze veertig jaar niet gezien had, nu waren er mensen die elkaar vijftig jaar niet gezien hadden! Nog een record: de oudste deelnemer was 90 jaar!
Er waren ca. 120 deelnemers, iets minder dan vorig jaar, afkomstig o.a. uit Suriname (w.o. de heer André Loor!), de VS en Canada. Ook dit jaar waren er weer nieuwe, onbekende gezichten van mensen die voor de eerste keer aanwezig waren. Na de koffie was het tijd om naar de andere zaal te vertrekken, waar gedurende een groot deel van de dag een doorlopende diashow te zien was van oude foto’s, waar op verschillende laptops foto’s en stamboomgegevens bekeken konden worden, en waar tevens de mogelijkheid bestond meegebrachte familiefoto’s te laten scannen. Hier heette Gerbrand van Brussel de aanwezigen welkom en gaf hij een overzicht van de stand van zaken van de jonge Stichting Boeroe Kon Makandra.
Een van de eerste onderwerpen, die aan de orde kwamen, was de deplorabele toestand van het zwembad “De Pireng” in Saramacca, dat in een dermate slechte staat van onderhoud verkeert, dat tot sluiting moest worden overgegaan. Dit is een aanzienlijk verlies voor de bewoners van Groningen en omgeving, voor de kinderen die hier zwemles krijgen, en voor de bevolking uit de stad, die hier graag komt voor een gezellig dagje uit aan de oever van de Saramacca. De Stichting Boeroe Kon Makandra voelt zich betrokken bij dit zwembad, mede vanwege de historie die verbonden is met deze unieke plek, en wil naar mogelijkheden zoeken om in overleg met de betrokken instanties door middel van een opknapbeurt tot heropening te komen.
Van de Herdenkingsboom, een Fremoesnoto die in 1995 te Groningen geplant werd ter herinnering aan 150 jaar Boerenkolonisatie, werd een foto getoond waarop behalve het herinneringsbordje slechts een stomp van ca. 60 cm hoog te zien was. Tijdens een storm is een tak afgebroken, met houtrot als gevolg, maar nog grotere schade ontstond eind 2006 bij het aanbrengen en later weer verwijderen van de feestverlichting. Takken scheurden in en braken bijna af; ze werden weliswaar gestut, maar ook nu ontstond houtrot. Vervolgens werd om verdere rotting te voorkomen de boom schuin afgezaagd, in de hoop op nieuwe uitlopers. Tegelijkertijd werd al vast uitgekeken naar een vervangende boom, voor het geval deze het niet zou redden. De “oude” Fremoesnoto heeft nu weliswaar een aantal nieuwe scheuten gemaakt, maar het is nog niet duidelijk of de boom het redt.
Verder werd er gemeld, dat er op de website www.boeroes.nl sinds enige tijd een rubriek Familiegegevens te vinden is, waarin berichten over geboorte, overlijden etc. opgenomen worden. De gegevens zijn voor een deel afkomstig uit Surinaamse kranten, maar kunnen ook via e-mail (stichtingbkm@gmail.com) aangeleverd worden.
Met betrekking tot de stambomen is het verheugend te kunnen constateren, dat de hoeveel stamboomgegevens nog steeds groeit en in een jaar met ca. 1460 personen is uitgebreid.
Terwijl buiten gesport werd en spelletjes voor de kinderen werden georganiseerd, stelde Gerbrand van Brussel Anke Welten aan de aanwezigen voor, een jonge vrouw, die freelance journalist en historicus is. Zij schreef ter afronding van haar studie aan de Erasmus Universiteit te Rotterdam een scriptie over niet-westerse geschiedenis, die ze “Geen bakra’s maar boeroe’s” noemde. Gerbrand van Brussel memoreerde, dat het steeds moeilijker wordt iemand te vinden, die nog iets over de geschiedenis van de boeroe’s kan komen vertellen, dus was het fijn dat Anke Welten bereid was te vertellen hoe zij tot het onderwerp van haar scriptie gekomen is en hoe zij aan haar gegevens kwam. Anke Welten verdiepte zich vanaf 2001 vooral in het leven van Nederlanders in Argentinië waarbij haar opviel, dat deze net als de boeroe’s hardwerkend en godvruchtig waren. Belangrijkste punten in haar onderzoek naar de boeroe’s waren de situatie van Nederlanders als minderheid en zij ontdekte dat haar voorgangers zich vooral gericht hadden op de vraag “Kunnen blanken zwaar lichamelijk werk verrichten in de tropen?”. Om hier inzicht in te krijgen werden vooral in Suriname maar ook in Nederland boeroe’s geïnterviewd, waarbij de onderzoekster constateerde dat de ondervraagden niet zoveel kennis van hun voorgeschiedenis hebben en daar ook niet zo mee bezig zijn. Ook bleek tot verrassing van de onderzoekster, dat de boeroe’s zich in de eerste plaats Surinamer voelen.
Verder bleek, dat zij een soort haat-liefdeverhouding met Nederland hebben en zich door Nederland in de steek gelaten voelen, waarbij zowel verwezen werd naar de problemen in de begintijd van de kolonisatie alsook boosheid blijkt over het uitblijven van hulp bijvoorbeeld bij de afwateringsproblemen bij Uitvlugt in het meer recente verleden. Boosheid was er eveneens over de visumplicht, die ook voor hen als afstammelingen van de Nederlandse kolonisten geldt. In geval van emigratie uit Suriname zouden ze liever nog naar Canada of Amerika vertrekken dan naar Nederland.
Hoewel vermenging met andere bevolkingsgroepen in het verleden sterk ontmoedigd werd, heeft deze toch – en steeds vaker – plaatsgevonden. Nu er steeds meer gekleurde kinderen en kleinkinderen geboren worden ontstaat er geleidelijk aan ook trots op deze vermenging, en beschouwen de boeroe’s zich nu als echt geïntegreerd.
Conclusie van dit onderzoek: boeroe’s zijn Surinamers als alle andere.
Vervolgens waren er enkele vragen uit het publiek: o.a. in hoeverre de integratie van de boeroe’s in Suriname verschilt van de integratie van allochtonen in Nederland. Een eenduidig antwoord hierop is moeilijk te geven; allochtonen in Nederland worden geconfronteerd met een volledig andere cultuur, terwijl de cultuur in Suriname langdurig gedomineerd werd door Nederlandse invloeden.
Tot verrassing van alle aanwezigen werd nu het woord gegeven aan André Loor, befaamd om zijn kennis van de Surinaamse geschiedenis, die ondanks zijn hoge leeftijd staande de aanwezigen toesprak. Hij vertelde het woord boeroe niet als een scheldwoord te beschouwen. In zijn jonge jaren woonden de boeren allemaal buiten. De bus bracht de boeren naar de stad, wat altijd gepaard ging met scheldpartijen zoals “boeroe, broko stoeroe”. Toen op zekere dag tijdens zo’n scheldpartij de bus kapot ging, hield het schelden plotseling op en kwamen de betreffende jongelui helpen de bus te duwen. Met enkelen van hen is André Loor later goed bevriend geraakt. Over de vermenging met andere bevolkingsgroepen zei André Loor o.m., dat de boeren vroeger van ’s morgens vroeg tot ’s avonds laat bij alles wat ze deden alleen andere boeren zagen. Vanaf de jaren 20 van de vorige eeuw ontstond er geleidelijk meer contact met andere bevolkingsgroepen. Op Kwakoe 2000 sprak André Loor met een Djuca granman en een Indiaanse kapitein, die na een cultureel optreden van hun bevolkingsgroepen informeerden naar iets dergelijks van de boeroe’s. André Loor legde uit dat er niet zoiets bestaat als “boerencultuur”. De namen van de deelnemers werden genoemd: alle Djuca’s hadden Djuca-namen, de deelnemende Indianen hadden Indiaanse namen, met uitzondering van een heel mooi Indiaans meisje, dat een boeroe-naam had. Indirect dus toch een bijdrage van de boeroes! Daarna sprak André Loor over het zwembad “De Pireng” in Saramacca, de slechte staat van onderhoud, en dat het sinds de opening in 1936 aanvankelijk een zwembad voor de notabelen was. Het mandaat van de vereniging is door André Loor, die jarenlang voorzitter was, teruggegeven aan de Districtscommissaris. Het Medisch Laboratorium werd in 1995 door de boeroe’s ter gelegenheid van 150 jaar Boerenkolonisatie geschonken aan de bevolking van Saramacca met de toezegging van één jaar zorg voor de binnen- en buitenkant van het gebouw en alles wat nodig was om het Laboratorium te laten functioneren; tot op de dag van vandaag dragen de boeren echter nog steeds zorg voor het onderhoud.
Tot slot zegde André Loor toe mee te willen werken aan het digitaliseren van de beschikbare informatie mbt. de geschiedenis van de boeren. Wij mogen van geluk spreken, aldus André Loor, dat de belangrijkste gegevens met betrekking tot Suriname, incl. de boeroes, zich in Den Haag in het Algemeen Rijksarchief en de Koninklijke Bibliotheek bevinden (350 meter!), in plaats van in Suriname. Toen daar bij zekere gelegenheid een archiefdoos tevoorschijn gehaald en geopend werd, zocht een heel nest ratten een goed heenkomen; de oorspronkelijke inhoud van de doos was vrijwel geheel verpulverd! Met een hartelijk applaus dankten de aanwezigen André Loor voor zijn woorden.
Intussen was het tijd geworden voor de warme maaltijd. Met dank aan Lorette Wong A Tsoi en Daisy v.d. Wiel konden de aanwezigen aanschuiven voor een lekkere kop pittige groentesoep, gevolgd door een buffet, waar opgeschept kon worden van heerlijke Surinaamse bami, saté met pindasaus, kroepoek en verschillende soorten zuur, gevolgd door een toetje van ijs met slagroom en aardbeiensaus.
Na de maaltijd ging iedereen naar buiten voor het maken van de jaarlijkse groepsfoto. Het had weer heel wat voeten in de aarde voor alle aanwezigen door Paul Droog, die boven op een grote trap stond, zo heen en weer gedirigeerd waren dat ze allemaal op de foto pasten.
In de zaal klonk vervolgens uitnodigende Surinaamse muziek en waren de stoelen aan de kant gezet om ruimte te scheppen voor dansi. Ook was er nog steeds gelegenheid op de verschillende laptops historisch kaartmateriaal of stamboomgegevens in te zien of oude foto’s te bekijken, waar veel belangstelling voor was.
Intussen waren er lootjes verkocht voor de loterij. Ook dit jaar was er weer een keur aan mooie prijzen te winnen, variërend van bojo en orgeade tot bekers en strandtassen, van champagne tot Wedgewood-style kopjes en van Braziliaanse handdoekjes tot een grote wandklok. Een meneer, die net iets had gezegd over het winnen van grote prijzen, won tot grote hilariteit van de aanwezigen een roze handtasje! Hierna werd er verder gegaan met dansen of gezellig praten. Er kwamen schalen met zoutjes en gefrituurde hapjes en tot het laatst was er belangstelling voor de oude foto’s. Frappant was, dat Corrie Tel-van Ravenswaay (90 jaar!) zoveel gezichten herkende op de grote foto van 75 jaar Boerenkolonisatie, waardoor vele onbekende gezichten nu een naam kregen en enkele foutjes werden hersteld.
Tot anderhalf uur na de beoogde eindtijd van 17.00 uur zaten er vooral buiten op het terras nog overal mensen gezellig te praten. Dankzij de inzet van bestuur en vrijwilligers kan teruggekeken worden op een zeer geslaagde 5e Boeroe Kon Makandra.
Namens de Stichting BKM, Gerbrand van Brussel, Paul Droog, Daisy van der Wiel, Gerda Pieters en Frank Veldhuizen, willen wij iedereen bedanken voor het zeer geslaagd feest.